Bij feitelijk samenwonende partners erven de kinderen in principe alles. De feitelijk samenwonende partner is immers géén wettelijke erfgenaam. Feitelijk samenwonende partners die niet willen dat hun nalatenschap naar de kinderen gaat na hun overlijden doen er goed aan bepaalde zaken te regelen bij de notaris, bijvoorbeeld door een testament op te stellen in het voordeel van hun partner.
Bij de aankoop van een woning gebeurt het heel vaak dat feitelijk samenwonende partners beroep doen op het aanwasbeding. Zo krijgt de langstlevende partner eigendomsrechten op de woning of minstens het vruchtgebruik op de gezinswoning na het overlijden van zijn of haar partner. Op zich heeft een aanwasbeding niets met erven te maken, wel heeft het een zekere invloed op het erfrecht van de kinderen. Zonder een aanwasbeding valt het deel van de gezinswoning van de erflater in hun erfenis, terwijl hetzelfde deel met een aanwasbeding aan de langstlevende partner toekomt. Voor de langstlevende partner vormt een aanwasbeding dus een zekerheid omdat dit niet eenzijdig kan worden herroepen door de andere partner.
Wettelijk samenwonende partners erven wettelijk gezien het vruchtgebruik over de gezinswoning en de inboedel. Dit betekent dat de kinderen slechts de blote eigendom van de gezinswoning erven, dit is de kapitaalwaarde van de woning. De rest van de nalatenschap erven zij wel in volle eigendom, tenzij er een testament in het voordeel van de langstlevende partner werd opgesteld. Ook wettelijk samenwonende partners kunnen een woning aankopen met een aanwasbeding. Dit kan bijvoorbeeld omdat ze elkaar méér dan het vruchtgebruik op de gezinswoning wil nalaten.
De gehuwde partner erft wettelijk gezien de hele nalatenschap in vruchtgebruik. Dit betekent dat de gehuwde partner niet alleen het vruchtgebruik erft over de gezinswoning en de inboedel, maar ook het vruchtgebruik erft van een eventuele tweede woning, de rekeningen, aandelen,... Welk vermogen precies in de nalatenschap zit, hangt af van het huwelijksvermogensstelsel waarmee de echtgenoten getrouwd zijn.