Het recht om het gehuurde goed geschikt te maken voor zijn bedrijf

De huurder heeft het recht om het gehuurde goed geschikt te maken voor zijn bedrijf. Hij mag dus al nuttige werken uitvoeren. Het moet niet noodzakelijk gaan over ‘noodzakelijke werken’. Voorwaarde is wel dat die werken de veiligheid, stabiliteit en esthetische waarde van het gebouw niet in het gedrang brengen.

De kosten voor de verbouwingen mogen maximum 3 jaar huur bedragen. De huurder kan met de verhuurder wel afspreken hiervan af te wijken opdat men toch meer zou kunnen investeren.

Uiteraard moet de verhuurder weet hebben van die verbouwingswerken. Een voorafgaande kennisgeving aan de verhuurder is dus verplicht: per aangetekende brief of deurwaardersexploot, samen met de bestekken en plannen.

Binnen 30 dagen na de datum van ontvangst via de post moet de verhuurder antwoorden. Reageert hij niet, dan wordt hij vermoed in te stemmen.

Verzet de verhuurder zich tegen de voorgenomen werken (per aangetekende brief of deurwaardersexploot)? Dan moet de huurder hem binnen 30 dagen na datum van ontvangst via de post dagvaarden voor de vrederechter.Die neemt op zijn beurt een beslissing.

 
 

Wat bij het einde van de huur?

Er zijn twee scenario’s mogelijk:

  • Ofwel heeft de huurder de verbouwingswerken met toestemming van de verhuurder of de rechter uitgevoerd;

  • Ofwel heeft hij de werken zonder toestemming van de verhuurder of de rechter uitgevoerd.

In het eerste geval, wanneer hij toestemming voor de werken heeft gekregen, kan de verhuurder het behoud van de verbouwingswerken eisen. Hij heeft dan de keuze: ofwel de kosten van de werken betalen, ofwel de meerwaarde. De verhuurder kan wel niet eisen dat het goed bij het vertrek van de huurder in zijn oorspronkelijke staat wordt hersteld.

Heeft hij geen toestemming gekregen voor de werken, dan kan de verhuurder herstel in vroegere staat eisen. Hij kan ook een eventuele schadevergoeding vragen. Indien hij de verbouwingswerken behoudt, dan is hij geen vergoeding verschuldigd.