Ik ben al jaren zorgouder van een kind. Ik wil hem of haar later iets nalaten of schenken.
5 november 2018
Af en toe komt het wel eens voor dat één of meerdere personen de opvoeding van een minderjarig kind op zich nemen, terwijl ze de biologische ouders van het kind niet zijn. Zo’n persoon wordt dan een zorgouder ten opzichte van een zorgkind. Men spreekt dan ook van een zorgrelatie tussen beiden. De emotionele banden tussen zorgouder en zorgkind kunnen groot zijn. Het is dus niet ondenkbaar dat een zorgouder op termijn iets wil schenken of iets wil nalaten aan een zorgkind.
Met welke tarieven moet ik rekening houden?
Sinds een aantal jaren genieten zorgkinderen - onder bepaalde voorwaarden – van dezelfde tarieven als de natuurlijke kinderen in rechte lijn.
Welke voorwaarden gelden hiervoor?
Om van een zorgrelatie te kunnen spreken, moet aan drie cumulatieve voorwaarden worden voldaan. Om te beginnen moet het zorgkind hebben ingewoond bij de zorgouder (de inschrijving in het bevolkingsregister op het adres van de zorgouder geldt als vermoeden), vóór de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende een onafgebroken periode van drie achtereenvolgende jaren. Gedurende die periode van inwoning moet het zorgkind hoofdzakelijk van de zorgouder (eventueel met zijn of haar partner) de hulp en verzorging hebben gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen. Onder ‘hulp en verzorging’ bedoelen we het voldoen aan de materiële, affectieve en opvoedkundige noden van het zorgkind. Vanzelfsprekend zal dit feitenkwestie zijn.
Wat zijn de tarieven in rechte lijn?
Indien aan al deze voorwaarden is voldaan, zal een zorgouder kunnen schenken aan zorgkind tegen de tarieven van 3% voor roerende goederen of tegen de tarieven 3% tot 27% voor onroerende goederen (afhankelijk van de waarde van de schenking). Een zorgkind kan erven tegen een tarief van 3% tot 27% (afhankelijk van de waarde van de erfenis). Opgelet: De fiscale regels en de invulling van het begrip ‘zorgkind’ zijn niet identiek in de drie gewesten. In Wallonië en Brussel gelden dus andere regels. De toepasselijke regels worden bepaald door de woonplaats van schenker of erflater. Deze wordt bekeken op een periode van 5 jaar voorafgaand aan de schenking of het overlijden.
Cruciaal om te weten is dat zorgkinderen (net zoals stiefkinderen) niet automatisch erven. Ze zijn immers geen wettige erfgenamen. De zorgouder zal dus zelf stappen moeten zetten om een erfrecht te regelen. Dat kan met een testament.
De nieuwe erfregels die in werking zijn getreden op 1 september 2018 geven zorgouders meer vrijheid bij het bepalen van het deel die ze kunnen nalaten of schenken aan hun zorgkind(eren).
Bent u benieuwd? Aarzel niet om u te laten informeren door een notaris.
Bron: Fednot