42

Meerwaardebelasting bij verkoop van onbebouwde onroerende goederen, wat is dat?

Hiermee worden alle gronden bedoeld, dus niet alleen bouwgronden maar ook reeds bebouwde gronden, indien de verkoopwaarde van de gebouwen minder dan 30% van de prijs van het geheel vertegenwoordigt.

De meerwaardebelasting op verkoop (of andere overdrachten ten bezwarende titel bv. ruiling, inbreng in vennootschap) van gronden is slechts van toepassing bij de VERKOOP :

1) binnen de 8 jaar na de aankoopakte;

2) binnen de 3 jaar na de schenkingsakte, wanneer de schenker het goed zelf op het ogenblik van de verkoop minder dan 8 jaar geleden had gekocht.

De belasting wordt geheven op de gerealiseerde meerwaarde, die door de wetgever omschreven wordt als het VERSCHIL tussen :

1) a. de prijs die tot maatstaf dient voor de heffing van de registratierechten bij verkoop (d.i. de verkoopprijs eventueel verhoogd met de geschatte meerwaarde);

b. verminderd met de kosten voor de vervreemding (bv. kosten publiciteit, makelaarsloon);

2) a. de prijs die tot maatstaf heeft gediend voor de heffing der rechten bij de aankoop;

b. verhoogd met de verkrijgingsonkosten die bij gebrek aan bewijzen forfaitair worden bepaald op 25%;

c. dit totaal verhoogd met 5% per volledig jaar vanaf de verkrijging tot de vervreemding.

Het aanslagtarief toepasselijk op het hierboven berekend VERSCHIL bedraagt 33% voor de verkopingen gedaan binnen de 5 jaar na de verkrijging en 16,5% voor deze gedaan in de daaropvolgende 3 jaar (telkens te verhogen met de gemeentelijke opcentiemen).