Bouwen of renoveren?

1 juli 2019

Sinds 1 juli 2019 ben je beter beschermd tegen bouwfouten

Start je met de bouw van een woning of ander pand? Dan is het slagen van je project grotendeels afhankelijk van diverse professionelen. Architecten, aannemers, landmeters-experten, projectmanagers, energiedeskundigen, stabiliteitsingenieurs… Tegen beroepsfouten van deze bouwactoren staan bouwheren vaak in een kwetsbare positie. Reden waarom alle intellectuele beroepen in de bouwsector sinds 1 juli 2019 verplicht verzekerd zijn tegen hun bouwfouten.

Aanvulling op de tienjarige aansprakelijkheid
Een huis bouwen of een oude woning renoveren gaat gepaard met aanzienlijke investeringen. Daarom bestonden in het verleden al bepaalde maatregelen om bouwlustige burgers te beschermen in hun bouwtraject. Vorig jaar werden alle architecten, aannemers en ‘andere dienstverleners’ (vnl. studiebureaus) verplicht om zich te verzekeren voor hun tienjarige aansprakelijkheid bij de bouw of renovatie van een woning. Een eerste stap naar een betere bescherming van bouwheren werd toen gezet.

Betere bescherming
Sinds 1 juli 2019 bestaat er – naast de wet rond de verplichte verzekering van de tienjarige aansprakelijkheid – een nieuwe wet. Deze zorgt ervoor dat alle intellectuele beroepen in de bouwsector verplicht hun burgerlijke aansprakelijkheid voor beroepsfouten moeten verzekeren. De nieuwe wet is ruim: ze geldt niet alleen voor de bouw en renovatie van woningen. Ook de bouw van winkels of zelfs kunstwerken vallen er onder. Bovendien geldt deze verplichting ook wanneer er geen verplicht beroep wordt gedaan op een architect. Bouwheren genieten sinds 1 juli 2019 dus van een veel ruimere bescherming voor eventuele bouwfouten.

Burgerlijke aansprakelijkheid vs. tienjarige aansprakelijkheid
De nieuwe wet is goed nieuws voor bouwheren. Niet alle beroepsfouten vallen immers onder de verplicht verzekerde tienjarige aansprakelijkheid (waarvoor de verplichte verzekering al gold sinds vorig jaar). De tienjarige aansprakelijkheid geldt enkel voor werken aan woningen waarvoor de tussenkomst van de architect verplicht is. Bovendien moet er sprake zijn van schade aan de soliditeit, stabiliteit en waterdichtheid van de gesloten ruwbouw. Lang niet alle beroepsfouten in de bouwwereld vallen dus onder deze aansprakelijkheid.

De bouwheer krijgt sinds 1 juli 2019 een optimale bescherming door de combinatie van de twee wetten.

Geen verplichte verzekering voor ‘materiële’ werkers
Opgelet, de wet beschouwt aannemers (die geen ‘hoofdaannemer’ zijn) niet als een intellectueel beroep. Zij verrichten materieel werk. Ze moeten zich dus verplicht verzekeren voor hun tienjarige aansprakelijkheid, maar niet voor hun burgerlijke aansprakelijkheid.

Bron: Fednot